Door Eva Kop
Bij de Liedjesfabriek maak ik veel mooie momenten mee. We brengen vrolijkheid, ontspanning en zorgen voor ontroering.
Als tweedejaars stagiaire liep ik twee jaar geleden de intensive care op. Ik was toen actief in het Radboud UMC in Nijmegen. Daar ontmoette ik haar: een meisje met blonde haren, ongeveer 8 jaar, met een doffe blik in haar ogen. Haar moeder was druk aan het bewegen door de kamer, haar broertje en zusje hadden nog geen activiteit gevonden waar ze zich mee bezig konden houden. En daar stonden ineens twee groene shirts met een gitaar. We stelden ons voor en vroegen of we een liedje voor hen mochten zingen. Meestal zongen we voornamelijk kinderliedjes, maar in deze context besloten we dat niet te doen. Terwijl we aan het zingen waren, vond er een ontlading plaats in de kamer. De moeder pakte de hand van het meisje, de doffe blik in de ogen van het meisje verdween. Toen wij vervolgens hoog en tweestemmig begonnen te zingen, kwam er iets los bij haar moeder en begon ze te huilen. Haar kinderen kropen tegen haar aan. Nadat we onze laatste noot hadden gezongen, kwam hun verhaal. Het meisje lag sinds die dag in het ziekenhuis, haar vader was er nog niet eens geweest. Plotseling stond hun leven op zijn kop. Het meisje vroeg aan haar moeder hoe het dan zat met het voetbaltoernooi, waar ze zo graag heen wilde. Pas toen was er duidelijk emotie bij het meisje te zien. Er was ruimte ontstaan voor gevoelens en gedachtes, terwijl daarvoor de “regelstand” nog aan was. Wij hebben hen geholpen om te landen en met elkaar stil te staan bij het moment, dat zo ontzettend verdrietig was. Dat verdriet mocht er zijn. Haar moeder bedankte ons een paar keer en toen verlieten wij de kamer, terwijl zij elkaar nog steeds goed vasthielden.